7 september 2020

Nina, the musical

Iets heel anders: ik word waarschijnlijk weer overgeplaatst naar een ander team. Het is nog geheim, dus vertel het maar niet verder. Sinds ik weet dat ik mogelijk mijn huidige teamgenoten ga verlaten, is er een onzichtbare muur tussen mij en hen opgetrokken. Uit volle borst zing ik mee met het teamlied (stel dat we die zouden hebben) en dans ik mee in de dagelijkse routine (bij wijze van spreken: in mijn hoofd is mijn werk een musical). Ik voel me net Nina Brink die in stilte ver voor de beursgang alle aandelen van haar eigen bedrijf had verkocht.  

Maar toch, als het mijn ouders is gelukt om het geheim te houden dat Sinterklaas niet bestaat (tot diep in mijn 9e jaar), dan moet het toch ook mij lukken dit geheim te houden. Zonder al te veel schuldgevoelens. Zonder te veel na te denken. 

Mogelijk denk ik te veel. 

Bijvoorbeeld: stel je draagt een mondkapje en je moet niezen. Wat is de beleefdheidsregel? Ophouden en hopen dat het stukje stof niet te nat wordt of afdoen en het gezicht in de elleboog verbergen? Groskamp-ten Have beschreef veel problemen, maar ik betwijfel of ze dit onderwerp heeft aangestipt. 

Hoe het ook zij, omstreeks nu had ik gedacht dat alles weer teruggekeerd zou zijn naar zoals het was. Ik mis het, hoewel ik ben vergeten hoe dat voelde. Er is nog wel een vage herinnering van fragiele contentheid, van naïef de draak steken met het wereldnieuws. 

Het leven lijkt steeds meer op een musical. Op het eerste gezicht is het een vertrouwde September: de 'wij-zijn-weer-naar-school' banners hangen in de stad en de kinderen snotteren hun ouders verkouden. Maar dan is er de twist, het gespannen afwachten van de uitkomst van de Corona-test. 

Bestond Sinterklaas nog maar in mijn wereld, dan had ik mijn verlanglijst al klaar.

1 opmerking:

Gott nytt år

Uiteindelijk is het niet te doen, besloot ik. De verwachtingen zijn te hoog. Na maanden afwezigheid, kun je maar beter gewoon weer beginnen....